De trossen van primitivo zijn groot en compact, gevormd door middelgrote, ronde bessen met een blauwzwarte kleur. De bladeren zijn groot, pentagonaal van vorm, met een donkergroene bovenkant en een behaarde onderkant.
Origen
De oorsprong van deze variëteit is onbekend, maar er zijn genetische overeenkomsten gevonden met de crljenak kaštelanski, afkomstig uit Kroatië, en met de variëteit genaamd primitivo, geteeld in de regio Puglia, in het zuiden van Italië, waar deze in de 18e eeuw werd geïntroduceerd. Men zou kunnen zeggen dat de zinfandel en de primitivo dezelfde druif zijn, aangepast aan verschillende klimaten.