Op tien kilometer van Bordeaux en drie van Saint-Émilion, in Pomerol, bevindt zich Pétrus, het château waar een van de meest mythische wijnen ter wereld wordt geproduceerd. Het mysterie, wat het werkelijk tot een wereldwijd begeerd object maakt, ligt niet achter de muren van de eenvoudige wijnkelder met één verdieping - een eenvoudig agrarisch gebouw zonder al te veel pretenties -, maar daarbuiten.
De ware grootsheid van Pétrus concentreert zich in een zeer klein perceel van 11,4 hectare wijngaard met merlot (95%) en cabernet franc (5%), een druivensoort die niet altijd wordt gebruikt in de coupage die de wijn vormt. De sleutel ligt in de bodem, bestaande uit een laag grind gelegen tussen twee lagen klei die als sponzen werken, waardoor wateroverschotten en -tekorten worden voorkomen. Pétrus, dat fermenteert in cementtanks en een gemiddelde rijping van 20 maanden in eikenhouten vaten ondergaat, is meestal altijd een expressieve wijn, delicaat en tegelijkertijd krachtig, complex en prachtig in balans, tanninerijk en elegant.