De trossen zijn groot en onregelmatig, zeer groot en met schouders. De bessen zijn middelgroot, rond en sappig, zwartachtig van kleur met sproeten. Het levert wijnen op met intense kersentinten (soms violet, dankzij de grote hoeveelheid kleurstof), aroma's van blauwe bloemen (soms plantaardig), weinig alcohol (11º) en fruitig, met een hoge zuurgraad. Wijnen van oude wijnstokken profiteren van rijping op vat, waar hun ruwheid wordt verzacht.
Origen
Typische variëteit van de hooggelegen gebieden van Levante en zeer overvloedig in Utiel-Requena, hoewel het in heel Spanje wordt verbouwd. De naam is afgeleid van het Latijnse "bovale", wat "stierenkop" betekent, vanwege de morfologie.
Zwakheden
Bestand tegen barre weersomstandigheden en plagen en zeer productief. Gevoelig voor mijten en echte meeldauw. Vanwege zijn morfologie is het ook gevoelig voor botrytis.